lieve Joki,

nu jouw sfeer van de dag zo vrolijk en oprecht was, durf ik een beetje te denken dat het goed gaat.

Vanmorgen nog schreef ik aan Nino, dat ik bang was dat ik te kort gedaan had. Dat ik de tijd die we hadden gekregen tot de scans beter had moeten gebruiken. Om helderheid te maken. Om oude zooi opgeruimd te hebben. Maar dat al wat ik er mee gedaan heb is wachten tot het om was. Dat is niet helemaal waar, maar soms moet ik zoeken waar het huilen zit. Vanaf daar heb ik dan weer rust. En kom ik weer op het punt dat we misschien gewoon echt genoeg gedaan hebben. Dat nu de tijd is aan herstel.

Vanmiddag in de wachtkamer schreef ik dit aan m’n ome Jan:

in het ziekenhuis in Hoofddorp hebben ze leuke kunst. Jaren geleden trof ik daar dit kunstwerk aan, waardoor ik meteen het raadsel van de communicatie-problemen tussen mannen en vrouwen – of misschien wel van mensen in het algemeen – snapte: het is het verschil in cyclus, waardoor men soms elkaar niet verstaat. (Of denkt dat men elkaar verlaat…)

Toen ik met Lucas dit ziekenhuis begon te frequenteren, dacht ik even dat ze dit kunstwerk niet meer hadden. Maar toen we op een dag een andere vleugel in gestuurd werden, zag ik hem weer!

Helemaal blij begon ik de man en de vrouw weer naar elkaar toe te draaien, maar er ging iets stuk: de man stond te kijken en de vrouw stond een heel eind van hem weg en de draaihandel was z’n grip kwijt.

Bij dit soort gelegenheden kan ik houvast vinden in de kleinste gebeurtenissen , maar dus ook hou-los: ik vond het vreselijk dat ik nu de man en de vrouw uit elkaar gedreven had en er niets meer aan kon doen….

De keer daarna kon ik het niet laten, nog eens te proberen of het al weer gerepareerd was, maar nee. De keer daarna leek hij het éven te doen, maar daarna weer niet.

Maar vanmiddag moesten we weer hier zijn, voor een PET/CT-scan. En kwamen we weer langs het kunstwerk. Lucas draaide aan de handel en gelukkig: ze bewogen beide weer! En ze bleven bewegen. Net zo lang tot ze elkaar weer recht konden aankijken.

Toen ik dit geschreven had, zat ik al een uur in de wachtkamer. Dat is het eerste deel, ter voorbereiding van de PET-scan: dat hij een uur stil moet liggen met een goedje in zich, dat ín te actieve cellen gaat zitten. Na dat uur had ik geen zin meer in schrijven. Ik wilde alleen nog maar stil zitten met m’n ogen dicht. Ik was werkelijk zó moe. Ik had m’n schoenen uit gedaan en ging in lotushouding op de bank in de wachtkamer zitten. Met m’n ogen dicht. Oh… dàt was lekker. Helemaal niks om op te reageren, helemaal niks om mee te doen.

En toen kreeg ik steeds sterker het gevoel dat het een goed ding was: dat ik zo moe ben nu. Dat ik gewoon ècht niks kan doen, omdat het nu best goed is, zo.

De scan viel Lucas trouwens mee. Ze hadden een nieuw apparaat en die werkt sneller. En hij was weer helemaal bevrijd, toen hij er weer uit mocht. Zo de hele dag nuchter moeten blijven en daarna zo stil moeten liggen: dat heeft iets heel toegewijds. Daarna is het dan gedaan!

En dan jouw goeie berichten van jouw dag er bij! Ik geloof warempel dat ik ook weer vertrouwen ga krijgen!

liefs!

Joke

vertrouwen
Sleutelwoorden: